Vanaf Dobrich naar Elena is zo’n 3 uur rijden. Met de zon aan de hemel en zonder haast te hebben (pas na 15:00 kon ik terecht in de Guest House) beloofde het een ontspannen rit te worden. Aan de A2 komt een abrupt einde en gaat dan over in route no.4 , over de E772. De eerstvolgende grote stad is Targoviste. Je ziet het al van ver liggen. Het landschap is tamelijk vlak en de stad ligt in een flauw dal. Typisch een Sovjet tijd stad, grotendeels opgetrokken uit beton. Gelukkig was er een rondweg. Je mag er maar 50 op grote delen, en terecht, want er zijn veel zijwegen en er is veel vrachtverkeer. De volgende stad is Omurtag, nog geen half uur verder. Wat de stad bijzonder maakt zijn de trots opgestelde vliegtuigen naast de weg. De stad is vernoemd naar de Grote Khan van Bulgarije, Omurtag, die Bulgarije bestierde van 814 tot 831. Ik had de navigatie ingesteld op de kortste route. Dit is niet noodzakelijk ook de snelste route en zeker niet op deze rit. Ongeveer 40 kilometer voorbij Omurtag werd ik van de E772 afgeloodst bij het dorpje Kesarevo om door de bergen uiteindelijk op 9 kilometer voor Elena op route 53 aan te sluiten. Het was stil, het was warm en de uitzichten waren adembenemend. Ik stopte dan ook meerdere malen om de vergezichten op me in te laten werken. Uiteindelijk reed ik rond het middaguur Elena binnen.
Ik had de coördinaten van het Guest House, Dyadovata Kashta, in mijn navigatie geprogrammeerd reeds voordat ik naar Bulgarije vertrok. Iets voorbij het centrum, op de doorgaande weg naar Jakovci zei de navigatie dat mijn bestemming aan mijn rechterhand lag. Ik had een foto van het huis uitgeprint, uit voorzorg, maar geen enkel gebouw aan mijn rechterkant leek ook maar enigszins op het printje wat ik bij me had. Ik stapte uit om op nader onderzoek te gaan. Ik liep de weg enige honderden meters heen en weer, aan beide zijden, maar het mocht niet baten. Dyadovata Kashta was echt niet hier en ik had mijn bestemming echt nog niet bereikt. Een paar honderd meter terug was een politiebureau waar net twee dienders naar buiten kwamen. Ik sprak ze aan en liet ze de naam van het Guest House zien (Bijdehand als ik ben had ik gelukkig ook de naam in Cyrillisch uitgeprint). Er volgde even overleg maar daarna wees de agent resoluut naar rechts en zei iets wat ik vertaalde in ‘honderd meter’. Ze stapten in hun Lada Niva en verdwenen. Ik keek weer naar rechts. Achter de gebouwen liep een rivier. Hoe kon het nou in godsnaam aan de rechterkant zijn? In een helder moment zocht ik het adres op op mijn telefoon via Booking.com en liet Google maps mij de weg wijzen. Ik moest rechtsomkeert maken en in het centrum linksaf over de brug. Ik werd door een paar smalle steegjes geleid tot uiteindelijk Google ook beweerde dat ik was gearriveerd. Ik vond een plek waar mijn auto niet in de weg stond en stapte uit.
Met de foto van het Guest House in de hand liep ik de straat op en neer. Na verloop van tijd had ik een match. Gevonden! Het huis werd omgeven door een tuin en een muur waardoor het enigszins aan het zicht onttrokken werd. In de muur zat een houten deur. Ik klopte. Geen respons. Ik liep nog wat heen en weer en probeerde tussen de houten schermen op de muur een teken van leven te ontdekken in het huis. Nog een keer kloppen, weer geen reactie.
In de tuin van de buren waren twee mannen onder een parasol met elkaar in gesprek. Toen een van de mannen mij gewaar werd wenkte hij me en liet me binnen in zijn tuin. Ik probeerde uit te leggen dat ik bij de buren moest zijn en hij leek me te begrijpen. Hij tikte op zijn horloge en wees naar het buurhuis. Daarna werd er een stoel voor me aangeschoven. Ik moest wachten!
De man van middelbare leeftijd sprak geen woord Engels maar de andere man, zijn vader, sprak een beetje Russisch, net als ik. Via de vader, en met handen en voeten, voerden we een gesprek. “Witte of rode wijn”, ik koos voor rood. Er werd naar binnen geroepen en er verscheen een vrouw met een fles wijn. Eigen productie en zeer smakelijk. Er werd worst gesneden en er werd ingeschonken. Ik kreeg een rondleiding in de moestuin totdat de eigenares van de Guest House me kwam halen. Ik nam afscheid van de buren. De buurvrouw, die ook geen Engels sprak, liet me mijn kamer zien, ze liet me zien waar de keuken en de badkamer was en waar de sleutel hing. Daarna verdween ze weer. Ik haalde mijn koffer uit de auto en daarna liep ik dezelfde weg terug die ik gereden had om in het centrum iets voor de lunch te vinden.
Na mijn maag te hebben gevuld, wat niet moeilijk was in Elena want het is een toeristisch stadje met heel veel restaurants, heb ik een tijdje door de straatjes van het oude stadsdeel in de omgeving van de kerk geslenterd. Ik vond in het centrum een supermarktje waar ik brood en beleg kocht om de komende dagen mijn ontbijt en lunch in de Guest House klaar te kunnen maken. Ook nam ik een flesje wijn en een paar flesjes water mee. Vervolgens zocht ik weer de weg terug naar het Guest House. Eenmaal bij de rivieroever ontdekte ik de voetgangersbrug direct van het centrum naar de overkant van de rivier, die op honderd meter van Dyadovata Kashta uitkwam.
s’Avonds ben ik weer terug gegaan om in een ander restaurant te eten, ditmaal via het gammele loopbruggetje. Dat scheelde minstens 10 minuten lopen. Uiteindelijk heb ik van de ondergaande zon zitten genieten op de veranda van Dyadovata Kashta, onder het genot van een glaasje. In de volgende blog vertel ik over mijn uitstapjes in de omgeving van Elena.